Aankomst in Marrakech, waar onze medewerker je opwacht op de luchthaven. Na een comfortabele transfer naar de riad, gelegen in het hart van de stad, kun je je installeren. Geniet van een vrij avondmaal en maak een eerste verkenning van het betoverende en sprookjesachtige centrum van Marrakech.

We maken kennis met onze begeleidende ploeg en de muilezels. Vertrek naar het kleine dorpje Aït Imi met de oude joodse wijk, dan het dorp Akourbi, het armste dorp van de vallei.  In Rbat bekijken we de oude kasbah’s. Lunch bij de bron. We klimmen naar de herdershutten van Tawaia, waar we de nacht zullen doorbrengen. We zijn nu vlakbij de berg Wagoulzat. (2500m) 

We vertrekken naar het oosten om de herdershutten van Ait H’kim te zien. We steken onze eerste bergpas over: Tagafaït op 300 m met een fantastisch zicht op het meer van Izorar en de berghutten van Aït Atta. Onze bivakplaats ligt iets lager, op 2700 m. Rond de waterputten komen allerhande nomaden samen.

Dit is een cruciale ader in de zomertrek van de nomaden. We ontmoeten de echte nomaden van de Atta stam. Misschien kunnen we hen wel van dienst zijn met enkele basisbehoeftes: medicatie, kinderkledij, technische hulp…

Vertrek naar de Col van Ouaddo op 3200 m. Adembenemend zicht op de hoogvlaktes, le Cirque de Taghia en op het massief van Tizi’n Toudat (3500m). Na de lunch dalen we af naar de smalle kloven van Mejdeg. In juni moeten de nomaden met hun kuddes hierdoor waden, indrukwekkend! Bivak aan Aqqa N’ouanzig in de kloven op 2600 m.

Vandaag wandelen we 2 à 2. 30 u en genieten verder van wat welverdiende rust. Ideaal moment om te verbroederen met de nomaden. Wie weet wordt er wel gemusiceerd!

We dalen verder af in de kloven en klimmen er weer uit, over de kam van de Arg. Zicht op Tighremt Aït Aïssa. Lunch en afdaling naar de vallei van Arg met een mooi versterkte kasbah. We zitten op 1700m.

Van de ene kloof in de andere! In de kloven van de M’Goun maken we een spectaculaire wandeling in het snelstromend water tot Iminikht op 1800 m. Hier kunnen we eventueel wat medicatie of speelgoed voor de kinderen achterlaten.

We slapen in het dorp. We maken kennis met het dorpsleven.

In de vallei van de M’Goun zijn er een twaalftal dorpen. In de zomer gonst het er van de bedrijvigheid op de akkertjes. Wie wil, kan gerust hier en daar meehelpen. We overnachten in Aflafal, vlakbij een rivier op 2400 m.

Water in overvloed hier van de rivier Oullilimt . We klimmen naar de voet van de Igdamin op 3500m en komen in een sprookjesdecor met ‘feeënschoorstenen’ op het plateau van Tanoute. Wat een droom!

Onze trekking loopt teneinde. Over de col van Igdamin (3200m) met een prachtig panoramisch zicht bereiken we na een stevige afdaling Tabant. Een lekker warme douche wacht op ons en een avondmaal in de gîte van de familie Oulaidi.